Het Decreet Basisbereikbaarheid omschrijft de werking van de 15 vervoerregio’s en legt de taken vast van de vervoerregioraad. Met de inrichting van vervoerregio’s, vervoerregioraden en regionale mobiliteitsplannen creëerde de Vlaamse overheid een kader voor steden en gemeenten waarbinnen ze kunnen samenwerken aan mobiliteitsuitdagingen.
De stad Diest is bij Besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2018 ingedeeld in de Vervoerregio Leuven.
In de afgelopen legislatuur heeft de Vervoerregio Leuven een regionaal mobiliteitsplan opgesteld. Dat plan werd op 2 mei 2024 goedgekeurd door de Vlaamse minister van Mobiliteit en Openbare Werken. Het mobiliteitsplan speelt in op de huidige en toekomstige mobiliteitsuitdagingen van de regio, tekent het openbaar vervoersnetwerk uit, legt de link met het ruimtelijk beleid en stelt maatregelen voor de verbetering van de doorstroming, de verkeersveiligheid en het fietsbeleid voor.
Door de betrokkenheid bij de vervoerregiowerking is de gemeente integraal en rechtstreeks betrokken bij het uittekenen en uitwerken van het mobiliteitsbeleid voor de regio. Zo heeft de vervoerregioraad een belangrijke rol in de afstemming van de gelaagdheid van het openbaar vervoer, de synchromodaliteit en de combimobiliteit, het prioriteren, opvolgen en evalueren van maatregelen inzake verkeersveiligheid alsook doorstroming, het bepalen van het bovenlokaal functioneel fietsroutenetwerk, met uitzondering van fietssnelwegen, het adviseren van de gewestelijke overheden bij de opmaak van het Geïntegreerd Investeringsprogramma en het prioriteren, opvolgen en evalueren van regionale mobiliteitsprogramma’s en -projecten die van strategisch belang zijn op het niveau van de vervoerregio.
Het engagement in de vervoerregioraad houdt voor de gemeente een actieve participatie in aan de werking en de overlegmomenten van de vervoerregioraad, het delen van beschikbare informatie (o.m. uit het eigen mobiliteitsplan) en constructief meewerken aan de uitvoering van concrete acties. De gemeentelijke vertegenwoordiger staat in voor de terugkoppeling vanuit de vervoerregioraad naar het college/de gemeenteraad.
Het college van burgemeester en schepenen keurde in zitting van 13 januari 2025 de aanduiding van de vertegenwoordigers goed omdat de eerste vergadering vandaag al plaatsvond, 27 januari 2025. Dit besluit dient door de gemeenteraad bekrachtigd te worden.
Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 40, § 1 en art. 41, tweede lid 4°
Het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2018 betreffende de indeling van het grondgebied van het Vlaamse Gewest in 15 vervoerregio’s en de afbakening van deze vervoerregio’s
Het decreet betreffende de basisbereikbaarheid van 26 april 2019, artikel 7 §2 1°
Het besluit van het college van burgemeester en schepenen van 13 januari 2025 over de aanduiding van de vertegenwoordiging in de vervoerregioraad Leuven
De gemeenteraad bekrachtigt het besluit van het college van burgemeester en schepenen van 13 januari 2025 omtrent de aanduiding van vertegenwoordigers in de vervoerregioraad Leuven.
De heer Geert Cluckers, burgemeester, wordt aangeduid als vertegenwoordiger van de stad Diest in de vervoerregioraad van de vervoerregio Leuven voor de volledige duurtijd van de gemeentelijke legislatuur.
Mevrouw Katleen Pieters, mobiliteitsambtenaar, wordt aangeduid als ambtelijke vertegenwoordiger van de stad Diest in de vervoerregio Leuven voor de volledige duurtijd van de gemeentelijke legislatuur. De ambtelijke vertegenwoordiger is gemachtigd de vergaderingen van de werkgroepen bij te wonen.
Het college van burgemeester en schepenen wordt belast met de uitvoering van dit besluit. Een afschrift van dit besluit wordt bezorgd aan het secretariaat van de vervoerregio Leuven en Limburg.